Duurzaamheid is geïntegreerd in het beleggingsbeleid van Auréus, maar Auréus is geen producent of distributeur van expliciet duurzaam gelabelde producten. Hier leest u meer over ons duurzaamheidsbeleid
Duurzaamheid is geïntegreerd in het beleggingsbeleid van Auréus, maar Auréus is geen producent of distributeur van expliciet duurzaam gelabelde producten. Hier leest u meer over ons duurzaamheidsbeleid
Auréus kenmerkt en promoot haar dienstverlening niet als duurzaam vermogensbeheer zoals bedoeld met artikel 8 en 9 onder de Sustainable Finance Disclosure Regulation (SFDR). Auréus classificeert derhalve als artikel 6 onder SFDR. Auréus positioneert zich niet expliciet als duurzame vermogensbeheerder.
Per 1 januari 2023 gelden de Level 2 vereisten onder Regulatory Technical Standards (RTS) voor de SFDR en de Taxonomy Regulation, algemeen bekend als SFDR Level 2. Om te voldoen aan de SFDR level 2 vereisten moet er precontractueel informatie worden gepubliceerd over financiële producten die vallen onder artikel 8 en 9 SFDR. Verder moet er informatie worden verschaft over het meewegen van ongunstige effecten op duurzaamheidsfactoren en moet er periodiek uitgebreid gerapporteerd worden over artikel 8 en artikel 9 beleggingen. Het is op dit moment nog niet mogelijk om te voldoen aan deze eisen. Op basis van de level-2 regels moet gebruik worden gemaakt van een verplicht template met daarin zes onderdelen: een samenvatting van de verklaring over ongunstige effecten, een beschrijving van de geïdentificeerde ongunstige effecten, een beschrijving van het beleid voor het identificeren en prioriteren van de belangrijkste ongunstige effecten, beleid met betrekking tot actief aandeelhouderschap, referenties aan internationale standaarden en een historische vergelijking.
Voorafgaand aan deze wetgeving mochten vermogensbeheerders zelf bepalen welke ongunstige effecten zij meewegen. Nu zijn er 14 verplichte ongunstige effecten en 2 opt-in ongunstige effecten, waarbij kan worden gekozen uit een lijst met verschillende milieu- en sociaal gerelateerde ongunstige effecten, waarbij verplicht één milieu gerelateerd één sociaal gerelateerd ongunstig effect moet worden geselecteerd. Oorspronkelijk moest worden gerapporteerd op ten minste 34 ongunstige effecten, maar de ambities zijn in het kader van de uitvoerbaarheid bijgesteld. Het probleem met de ongunstige effecten is dat ze niet allemaal meetbaar zijn. Voor het gemak hoeft over staatsobligaties niet worden gerapporteerd, die zijn in Europa kennelijk allemaal duurzaam.
Verder zijn bedrijven (nog) niet verplicht om in overeenstemming met de voorgeschreven ongunstige effecten te rapporteren. Dat gaat verbeteren met de invoering van de Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD). Er wordt al wel data verzameld, maar die is vaak gebrekkig en duur. Verder conflicteert de Europese interpretatie van duurzaamheid met de Nederlandse. Nederland was voor wat betreft duurzaam beleggen een gidsland en dan is de gelijkschakeling door deze wetgeving en stap terug in de tijd. Dat is ook niet zo vreemd, want duurzaamheid is nu eenmaal een subjectief begrip dat Europa door middel van wetgeving tracht te objectiveren. Daarbij is veel lobbywerk komen kijken en daarnaast heeft uiteindelijk elke lidstaat ook nog een veto. Het resultaat bestaat dus uit veel compromissen. Helaas betekent dit ook dat bedrijven waar overduidelijk zaken niet goed gaan, toch een duurzaam label kunnen krijgen op basis van deze wetgeving. Vooral deze controverses, die zijn gebaseerd op het gedrag waarop het bedrijf is aangesproken en desondanks willens en wetens in blijft volharden, kunnen geen onderdeel zijn van een duurzame beleggingsportefeuille. Verder zijn er verschillen in interpretatie. Voor de Fransen is kernenergie vanzelfsprekend, voor de Duitsers niet. Na de start van de Russische inval in de Oekraïne heeft Brussel de regels ten aanzien van fossiele brandstoffen sterk versoepeld. Dit is begrijpelijk, het is natuurlijk moeilijk om een oorlog te voeren op twee fronten, maar maakt de rapportage niet eenvoudiger. Verder zijn de verplichte sjablonen vanuit Europa zelfs voor een professional moeilijk te doorgronden, terwijl wij hechten aan begrijpelijke informatie.
Desondanks hebben wij de ambitie om op termijn te voldoen aan de Europese wetgeving op dit gebied, maar in dit stadium is het verstandiger om te wachten totdat alles is uitgekristalliseerd, inclusief de rapportages van de bedrijven en de dataleveranciers die deze data tegen acceptabele voorwaarden integreren. Dat betekent niet dat wij zijn gestopt met het meenemen van duurzaamheidsfactoren in ons beleggingsbeleid, maar op basis van deze Europese wetgeving is het niet toegestaan om onze dienstverlening in welke vorm dan ook te promoten als duurzaam.